Erfenis naar pastoor, familie maakt bezwaar tegen testament
Nabestaanden van een diepgelovige vrouw kunnen fluiten naar hun geld. Het Gerechtshof heeft bepaald dat het testament van erflaatster geldig is, omdat niet is gebleken dat erflaatster wilsonbekwaam was dan wel dat de pastoor bij het opmaken van dit testament druk heeft uitgeoefend op erflaatster. De Rechtbank oordeelde al eerder ook in het nadeel van de familie.
Het hof heeft eerst bezien of het tweede testament van erflaatster een geldig testament was.
De familie beweerde hierover dat dit testament nietig dan wel vernietigd moet worden op grond van onrechtmatig handelen van de pastoor en voert hiervoor aan dat de pastoor misbruik heeft gemaakt van het diepgelovige karakter van erflaatster en haar vertrouwen in de kerk en in de verpersoonlijking daarvan, dit alles voor eigen financieel gewin. Van een evenwichtige verhouding tussen beiden was geen sprake: een groot leeftijdsverschil, verschil in opleiding en verschil in gezag. De nabestaanden concluderen dat de pastoor misbruik heeft gemaakt van de positie waarin de erflaatster verkeerde en haar eenvoudige en kwetsbare persoonlijkheid.
Verder stelt de familie dat het zeer aannemelijk is dat de notaris, die het tweede testament heeft gepasseerd, het Stappenplan Wilsonbekwaamheid niet heeft toegepast, terwijl daarvoor wel degelijk zeer sterke indicatoren aanwezig waren.
Op grond van het vorenstaande en onder verwijzing naar de getuigenverklaringen stelde de familie verder dat het testament onder bedreiging met schade aan het zielenheil tot stand is gekomen en dat het testament op grond van artikel 4:43 BW vernietigbaar was.
Het zou de familie naar eigen zeggen niet zelf om het geld te doen zijn. Indien het geld naar de kerk zou zijn gegaan waren er geen bezwaren geweest.
Zie ook: een erfenis afwikkelen