Uit de wetsgeschiedenis blijkt duidelijk dat de wetgever de eenmalig verhoogde schenkbelastingvrijstelling eigen woning niet heeft bedoeld voor kruislingse eigenwoningschenkingen. Het bestuur van de KNB ziet hierin, mede uit het oogpunt van rechtszekerheid, voldoende grond om hieraan als notaris geen medewerking te verlenen en wijst erop dat de Belastingdienst heeft laten weten dergelijke constructies te zullen bestrijden.
Onlangs verscheen in de media berichtgeving over een advertentie waarin wordt opgeroepen tot kruislingse eigenwoningschenking om nogmaals gebruik te kunnen maken van de eenmalig verhoogde schenkbelastingvrijstelling eigen woning van 102.010 euro. De advertentie is gericht tot personen die belastingvrij hebben geschonken aan een kind of een ander familielid voor de aankoop van een eigen woning en dit nog een keer belastingvrij zouden willen doen. ‘Wij schenken uw kind/familielid en u de onze. Uiteraard via een notaris.’ Inmiddels zijn over de advertentie en de rol van de notaris Kamervragen gesteld.
Constructiebestrijding
Tijdens de behandeling van het Belastingplan 2014 in de Tweede Kamer is kruislingse eigenwoningschenking in relatie tot de eenmalig verhoogde schenkbelastingvrijstelling eigen woning aan de orde geweest. In de Nota naar aanleiding van het verslag (Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, 33 752, nr. 11, p. 63) staat hierover:
‘Verder vragen de leden van de fractie van de PvdA om een reactie op een mogelijk onbedoeld effect dat de NOB signaleert: in plaats van dat een ouder 200.000 euro schenkt aan zijn eigen kind, schenkt hij 100.000 euro aan zijn eigen dochter en 100.000 euro aan de dochter van zijn broer. Zijn broer doet hetzelfde, waardoor bewerkstelligd wordt dat 200.000 euro per persoon belastingvrij is ontvangen. De leden van de fractie van de PvdA vragen of dit effect kan optreden en wat hiertegen zal worden gedaan. De leden van de fractie van het CDA vragen of de Belastingdienst wel in de gelegenheid is om misbruik in de vorm van kruislingse schenkingen te bestrijden wanneer dit veel mankracht kost. Ook de leden van de fractie van D66 vragen naar misbruikmogelijkheden in verband met de verhoogde vrijstelling voor schenkingen aan derden. Iemand kan inderdaad van meer personen een schenking ontvangen die, wanneer die wordt gebruikt voor de eigen woning of het aflossen van een schuld in verband met die eigen woning, is vrijgesteld. Dit past geheel in de gedachte van deze tijdelijke verruiming. In de geschetste situatie waarbij twee broers hebben afgesproken kruislings te schenken aan elkaars kind is het echter de vraag of hier wel sprake is van een schenking aan het kind van de ander. In feite krijgt door de afspraak met de broer het eigen kind 200.000 euro van de eigen ouder waarvan 100.000 euro via de broer, en ontvangt het kind van die broer ook 200.000 euro van de eigen vader. Voor de schenkbelasting geldt dat voor de helft van de totale schenking een beroep kan worden gedaan op de tijdelijk verhoogde vrijstelling van 100.000 euro. De Belastingdienst zal dergelijke constructies bestrijden in het reguliere toezicht. De constatering dat iemand van meerdere personen (al dan niet in familieverband) een schenking heeft ontvangen kan daarbij een signaal zijn.’